Tuber microspiculatum

Een soort van Tuber

De truffels zijn 2-2,5 cm breed en variëren in kleur van wit-geel tot lichtbruin tot roodbruin. Het gladde peridium (buitenste schil) is 200-250 μm dik en bestaat uit twee verschillende lagen weefsel. De buitenste laag, over het algemeen 50-100 μm dik, bestaat uit enigszins hoekige tot ongeveer bolvormige cellen die 7,5-15 μm breed zijn, met geelbruine wanden. De intensiteit van de kleuring neemt toe naarmate de buitenste laag van het peridium dichter wordt benaderd. De binnenste laag van het peridium bestaat uit dunwandige, glasheldere (doorschijnende) hyfen van 2,5-5 μm breed. Het interne sporendragende weefsel van de truffel, de gleba, heeft een bruine tot roodbruine kleur bij volwassen exemplaren. Het heeft vele dunne, vertakte, geelwitte aderen overal, die het een 'gemarmerd' uiterlijk geven. De asci (sporendragende cellen) zijn ongeveer bolvormig, elliptisch of onregelmatig van vorm, bevatten tussen de twee en vier sporen (zelden slechts één spore) en meten 60-85 bij 55-70 μm. De sporen zijn elliptisch en hebben typisch afmetingen van 22,5-35 bij 17,5-22,5 μm, hoewel sporen afkomstig van met één spore gevulde asci groter zijn (42,5-45 bij 22,5-25 μm). Het oppervlak van de sporen vertoont een honingraatachtig reticulum (netwerk of richels) onderbroken door stekels van 2,5-4 μm. De mazen van het reticulum zijn talrijk en klein.